Dat wat wij zijn is in staat zich te vereenzelvigen met alles wat voorhanden is, dit betekent dat ‘dat wat wij zijn’ in wezen niet-iets is en het verschijnsel ‘an sich’ dus de belevingservaring bewerkstelligd. Het komt door de werking van onze geest zich voorstellingen te maken dat er ook van de werking van de geest zoiets als ‘een geest’ word voorgesteld. Ziet u waar de schoen wringt? Ons voorstellingsvermogen lijkt ons te dwingen zaken als een voorstelling aan ons voorbij te laten komen maar het is uiteindelijk alleen een voorstelling op zichzelf. Dat wat jij en ik zijn is geen ding! Er kan niet hard genoeg op gehamerd worden dat ons idee van een ik als persoon een soort Baron von Munchhausen truc is die we maar niet willen doorzien.

De moeilijkheid bij het leren doorzien van Zelf is dat er een kennendheid is die klaarblijkelijk in staat is zich ergens op te richten en daardoor ontstaan ideeën als vrije wil en keuze. De moeilijkheid zit hem in de krampachtige verbeelding van de geest zichzelf als object voor te stellen!!!

Dat wat jij en ik zijn is absoluut en vrij omdat ze onvoorstelbaar en ongevormd is. Dit heet zelfrealisatie wanneer je dit leert inzien.